Blog

Lessen uit het schip

Bij de trainingen op gebied van leefbaarheid en sociaal beheer zitten we het liefst niet een anonieme vergaderzaal, maar op een locatie in de stad, dichtbij wijken met sociale woningbouw. Zo ook bij de training Modern Sociaal beheer: Leefbaarheid 2.0.

Een van de mooiste locaties hierbij is toch wel Museum Het Schip in Amsterdam. Voor de mensen die het museum niet kennen. Het Schip is hét voorbeeldproject van de Amsterdamse School, dat laat zien hoe fraai sociale woningbouw kan zijn. Het complex omvat 81 huurwoningen. Deze bevinden zich in de Zaanstraat, Oostzaanstraat en Hembrugstraat in Amsterdam. Het complex is ontworpen door Michel de Klerk en is opgeleverd in 1920.

Het gebouw is over een school heen gebouwd. In dit schoolgebouw is sinds kort museum Het Schip gevestigd. Het museum beschikt over een prima cursusruimte en een uitstekend restaurant. Binnen is een prachtige expositie over de Amsterdamse School. Op het binnenterrein staat Amsterdams straatmeubilair en er zijn rondleidingen in de buurt met gidsen die je alles kunnen vertellen over de geschiedenis van de Volkshuisvesting en de Amsterdamse School.

“Als we mensen in mooie huizen laten wonen, dan worden het vast ook mooie mensen.”

Museum het Schip en de Spaarndammerbuurt waarin het staat, is een inspirerende plek. De huizen zien er een eeuw nadat ze zijn opgeleverd nog altijd prachtig uit. Je ziet dat mensen er met plezier en trots wonen. Net als overal in Amsterdam zijn de woningen vrij klein. Toch zie je hier dat de bewoners netjes omgaan met hun woonomgeving. Je ziet relatief weinig vervuiling, nauwelijks annexatie van de openbare ruimte voor stalling en opslag en (gevel)tuintjes worden netjes onderhouden.

Het contrast met andere buurten met sociale huurwoningen is enorm groot. Zo bezoeken we bijvoorbeeld het Bijlmerplein in Amsterdam Zuidoost. De uitstraling van het gebouw is grauw en grimmig. Hier zie je overal zwerfvuil en annexatie van de openbare ruimte. Er is weinig sociale controle. Daklozen en junks bivakkeren in de bergingsgangen en laten hun rotzooi achter. De bewoners zijn er aan gewend en klagen er zelden of nooit over.

Hoe bestaat het dat in dezelfde stad huurders in zulke totaal verschillende omstandigheden moeten leven. En het effect van die omstandigheden op hun leven is gigantisch groot. We komen dan vanzelf bij de eerste les die ik zelf heb geleerd en graag doorgeef.

Les 1: Schoonheid werkt

Een mooi gebouw in een mooie omgeving blijft mooi. De corporatie, de bewoners en de gemeente zijn trots op zo’n plek, zorgen ervoor dat het netjes blijft en onderhouden het goed.

Er zijn gelukkig nog altijd corporaties die zich hiervan bewust zijn. Maar helaas zie ik steeds vaker grauwe flatgebouwen, verwaarloosde groenstroken en een corporatie die daar niets aan doet.

Les 2: Duidelijke regels 

De eerste bewoners van het Schip kregen te maken met een strenge huisbaas. In die tijd ging men er vanuit dat huurders niet uit zichzelf de woning en de woonomgeving netjes zouden bewonen. Dat hadden ze ook niet geleerd. Vaak kwamen de huurders uit krotwoningen, waarin zij met een heel gezin een kamer of etage bewoonden. Het beheermodel uit die tijd werd geïmporteerd uit Engeland. Octavia Hill had een beheermodel ontwikkeld waarbij opzichteressen, dames uit de betere sociale klassen, wekelijks de huurders bezochten. Zij richtten zich daarbij op de vrouw des huizes. 

Er waren strenge regels: de was mocht alleen op bepaalde dagen buiten hangen en ook binnen moest het huis schoon en opgeruimd zijn. Het was duidelijk wat er van de huurders werd verwacht. Dit brengt mij bij de belangrijke les 2: Duidelijke regels!

Duidelijke regels, in de vorm van woonafspraken en beheer dichtbij, helpen om een woongebouw leefbaar te houden en dragen bij aan prettig wonen.

In de huidige tijd past een beheermodel waarbij verhuurders elke week hun huurders opzoeken, niet meer. Toch is het contrast met vroeger wel erg groot geworden. Naar mijn mening vertrouwen de corporaties van nu teveel op de zelfredzaamheid van hun huurders. In een tijd waarbij 3 op de 10 nieuwe huurders direct uit een instelling komt, 1 op 10 huurders een statushouder is, ouderen steeds langer (alleen) thuis blijven wonen ook als ze lijden aan dementie, is dat wel wat naïef. Corporaties zouden wat mij betreft weer meer huisbaas mogen zijn. Een vriendelijke, respectvolle, behulpzame, maar zeker ook duidelijke huisbaas.

Ik vind het bijzonder om te merken hoe de visie van mensen die ruim honderd jaar geleden leefden, mij vandaag de dag nog steeds kunnen raken en inspireren.

Met het delen van één van mijn inspiratiebronnen, ben ik op mijn beurt benieuwd waar jij je inspiratie vandaan haalt!

Ontmoet ik jou bij de volgende training Modern Sociaal beheer: Leefbaarheid 2.0?

Harry Vlaar

Trainer Modern Sociaal beheer: Leefbaarheid 2.0

Datum: 29-03-2018

Delen: